Zen

Zen. 
Zen beoefening is erop gericht de werkelijkheid te zien, te ervaren zoals deze is, zonder begrippen, ideeën, opvattingen, pijn, verleden voor de directe ervaring van het moment te schuiven. Het Zenboeddhisme staat voor de ‘leer van het hart van de Boeddha’. Uitgangspunt is, dat we in een staat van verwarring, klampen en onvrede leven, als we zijn afgescheiden van onze oorsprong.
Deze vernauwde staat van zijn wordt in het boeddhisme Dhukka genoemd, we zijn aan het overleven en dat is niet-vrij, niet-verlicht zijn. Gekenmerkt door een starre houding van voorkeur en afkeer, een bewustzijn waarin de wereld gevangen is en vervormd wordt door vooroordelen en concepten.
Zazen, ‘zitten op een kussen’ (bankje of stoel kan ook) = zitten in aandacht, zitten in HARA, het dragende midden, is heel simpel. In de praktijk zo moeilijk, het laat ons herkennen hoeveel we gevangen zitten in ons denken, in onze controle.
Zen leidt niet tot iets nieuws, het ontsluiert wat er is. Het beoogt uitsluitend controle, weerstand op te geven, zodat we ons kunnen overgeven aan de natuur van het bestaan. Dan kunnen we ontdekken dat de bron van elke bezigheid, van elke gedachte en gemoedstoestand in onszelf ontspringt.
Zodra we denken het te weten, kijken we via onze ideeën naar de werkelijkheid, kunnen we niet meer zo goed open staan, luisteren, zien. We vullen in, willen anderen helpen, maar we zijn al bezet. Niet meer ‘leeg’. Het woord ‘leeg’, het begrip ‘leegte’, ‘geen-zelf’ komt in alle meditatiesystemen voor.
In de opbouw van de juiste houding voor Zazen: steeds leger wordend, steeds minder ik….
het betekent niet meer helemaal in beslag genomen worden, bezet zijn door ons denken en voelen, ons ‘ik’. Hoe moeilijk is dat voor ons, want we zijn de hele dag door bezig met wat er nog moet of hoe iets gegaan is, daar is ons hele leven op gericht, op ingericht.
We zijn zo weinig helemaal in het moment zelf. Meditatie is de weg vrijmaken om de leegte te bereiken.
Onszelf steeds beter leren kennen, in wat we doen om te voorkomen dat we bij leegte komen. Of hoe we reageren, want  het ervaren van leegte kan van alles oproepen….Meditatie is een weg om vertrouwd te raken met het ervaren van leegte, ‘wennen’, steeds meer vertrouwen.
Zodat we ons steeds weer herinneren dat we niet alleen maar dat zijn wat we kennen, maar dat we ook de basis zijn van mysterie, van iets dat niet begrepen kan worden, wel ervaren.
Kunnen, durven we het niet-begrijpen, het niet-weten, een plek te geven in ons leven, het met ons meedragen?
De weg is om diep in onze buik, in onze basis, in Hara, aanwezig te leren zijn, daarvanuit te leven. Ons denkend-voelend ik is er nog steeds maar we zijn er niet meer zo afhankelijk van,
de weg is zoveel breder.
Met een ontvankelijkheid om de ander/ de wereld te ontmoeten en mijzelf te laten kennen. Met respect voor een ander en mijzelf. Zodat ik, zoals zen-leraar Nico Tydeman zegt: ‘de best mogelijke bijdrage aan deze wereld maak waartoe ik op dit moment in staat ben’. Daar hoort dus ook bij dat ik mij kan en mag terugtrekken.
Zen ontkent niet het belang van het intellect voor het dagelijkse leven, maar het is er zelf niet door te vatten. Ervaren ligt nu eenmaal voorbij willen en weten, zoals zen-leraar en filosoof Maurice Knegtel zegt.
Ik zou er zelfs van willen maken:
Ervaren ligt vóór én voorbij het willen en weten.
Zen spoort me er vooral toe aan het idee van ‘ik’, van mezelf en mijn bestaan te doorgronden. Dus loslaten van controle. Dan pas kan mijn ware aard zich tonen.