Stilte 1

Stilte I 20-02-2016
Wij allen hebben gehoor gegeven aan iets in ons dat op zoek wilde gaan, zich wilde bevrijden, iets willen vinden, of misschien wel iets willen kwijtraken. Daarom zitten we hier en komen we ook steeds weer terug. Iets in ons heeft ons daartoe in beweging gezet. Bij mijzelf begon mijn zoektocht, nog heel onbewust, in mijn tienerjaren, geboeid door gesprekken rondom filosofie, esoterie, het begrip ziel enz.
Op 28-jarige leeftijd zijn mijn (inmiddels ex) man en ik een jaar gaan back-pakken door Azië en Australië, had ik mijn baan als hoofd van een grote afdeling fysiotherapie met functies in de beroepsorganisatie en de centrale ondernemingsraad opgezegd.
Tijdens deze reis heb ik een aantal diepe ervaringen gehad in werkelijk loslaten van controle in India, in overgave in Indonesië en in existentiële ervaringen aan de kust van Australië: samen op een immens groot wit strand, achter ons duinen, meren en bossen, geen mens te zien en voor de kust een walvis met haar jong. En ’s avonds die enorme sterrenhemel……. wat voelde ik me ongelooflijk klein en nietig…..ik werd daar heel erg rustig van, voelde alleen nog maar immens respect voor de schepping en wilde het liefst blijven in die staat van zijn. In Zen termen zou ik het kunnen beschrijven als het verdwijnen van ego, een minuscuul onderdeeltje zijn van het grote geheel, met alles verbonden. Voor mij geen angstige ervaring, integendeel: opluchting……..
Twee jaar later weer terug in de Randstad: werkend, ons eerste kindje geboren.
Aan de buitenkant leek alles goed, van binnen was het dat niet. Ik was het gevoel van verbondenheid weer kwijt. Hier startte mijn grote spirituele zoektocht langs vele, vele wegen, met verschillende keuzes en bijbehorende offers (o.a. mijn huwelijk en mogelijk ook een meer maatschappelijk gezien, zgn belangrijker carrière). Ik voel een grote dankbaarheid voor alle  leraren en lessen onderweg en nog steeds.
In Dharma lessen maak ik dan ook graag gebruik van inspiraties vanuit verschillende stromingen. Vanmiddag wil ik het hebben over ‘stilte’, natuurlijk zo bekend en vertrouwd voor ons in de zendo, tijdens Sesshins. Maar ook weten wij dat het er uiterlijk uit kan zien als al die stil zittende mensen op het kussentje, maar dat er van binnen, bij ons allen, stormen, buitjes, mist, zon, wind en van alles zich kunnen voordoen. En dan toch….we zijn hier weer, nemen onze plek in op kussen en mat, bouwen onze houding zorgvuldig op, beoefenen geen voor- en afkeur en wie weet……ineens…..is het stil……………….totdat we weer letterlijk of figuurlijk bewogen hebben (pot modder/water).Er zijn vele, verschillende verschijningsvormen van ‘stilte’ met bijbehorende betekenissen zoals gedwongen, gespannen, ontspannen, onbehaaglijke, angstige, ‘niets-aan-de hand’ , bedreigende, diepe stilte enz enz.
Hoe boeiend, hoeveel waar te nemen zonder woorden…..Joke Hermsen, filosofe, schrijfster, zegt in ‘Stil de tijd’ het volgende. Tijd heeft een dubbel gezicht: er is de kloktijd, die onze dagen in gelijke, overzichtelijke partjes verdeelt, die voor een samenleving noodzakelijk zijn. Dat is de tijd van de economie, van macht, van controle. Voor het invoeren van een kalender begin 19e eeuw, werd het leven van de mens veel meer bepaald door de seizoenen, was de aanduiding van tijd veel globaler, nl ochtend, middag en avond. Preciezer werd het niet.
Naast de kloktijd is er echter een andere tijd. Een tijd die veel dichter bij onszelf staat. Een tijd die zich niet laat meten, wel laat ervaren.
De Franse filosoof Henri Bergson (1859 – 1941) vermoedde achter onze door de klok geregelde tijd een ‘ware tijd’, de ‘tijd als duur’, die voor hem samen valt met ‘moi profond’, het dieper gelegen zelf. Deze ‘tijd als duur’ is geen in stukjes gehakte rechte lijn van verleden naar toekomst, maar eerder een steeds ‘uitdijend universum van heden’, waarin verleden en toekomst op allerlei manieren besloten liggen. Heee……doet dat ons niet ergens aan denken..??
In deze intuïtieve dimensie van onmetelijkheid komt de mens terecht, die ‘uit de dag’ valt. Dat kan ontstaan, b.v. versuft door wachten, of verdwenen in de concentratie van scheppend werk, in een ‘flow’, of overvallen door een onverwachte verschuiving van aandacht (een ‘Proustiaanse mémoire involontaire’)
Deze laag in ons is niet bewust, via de wil, oproepbaar of herinner baar, maar herbergt wel onze meest unieke en particuliere geschiedenis: eigenlijk de som van alles wat we gevoeld, gedacht en ervaren hebben.
Joke Hermsen benoemt dat als steeds dichter bij klassieke noties van de ziel, het onzegbare, het transcendente. Zodra de mens erkent dat hij meer is dan hij kan zeggen, is hij al een religieuze natuur. De mens is altijd met zijn tweeën, zegt Joke Hermsen. De mens leeft én in de wereld én in zichzelf, hij handelt en hij droomt, hij kijkt op de klok en hij peilt zijn ziel. Maar wat is dat begrip ‘ziel’ nog waard, vraagt zij zich af. Het verwijst naar het ‘ware ik’, dat wat niet uit te drukken valt. Omdat zovelen het contact met deze laag ontberen, waarbij ook waarden horen als schoonheid, waarheid, goedheid en liefde, dwalen we verder af van innerlijke rust, dat zich weer in allerlei symptomen uit (depressie, angst, verslavingen, eetstoornissen, zinloos geweld enz).
Op zoek gaan naar je ziel betekent op zoek gaan naar het diepste van jezelf. In onze Zenweg gaan we die weg ook. We hebben weet van de relatieve werkelijkheid, de dualiteit, het afgescheiden zijn. En we gaan steeds weer zitten op het kussentje om eraan voorbij te gaan, voorbij ‘ik- mij- mijn’, ontvankelijker wordend voor een ervaring van de werkelijkheid zoals die is, de non-dualiteit, waarin alles met alles verbonden is en afgescheidenheid een illusie is.
En we zijn op weg om die twee in ons te integreren. Zodat we hier steeds weer als Boeddha zijn, dit herinneren en her-inneren én de ervaring met ons meenemen naar buiten, Hotei zijn. Zoals Zen meester Dogen (1200 – 1254) zegt: De Boeddha-weg bestuderen is het zelf bestuderen
Het zelf bestuderen is het zelf vergeten
Het zelf vergeten is verlicht worden door de tienduizenden dharma’s (dingen of werkelijkheden)
Verlicht worden door de tienduizenden dharma’s is het verwijderen van de barrières tussen zelf en anderen. Uit de plaatjes van de os:
Het eerste plaatje van de os toont de mens op zoek naar zichzelf.
In het laatste plaatje zoekt dezelfde mens andere mensen.
En kent hij nu de reden van zijn aanwezigheid in de wereld. Meester Eckhart (1260 – 1327)
De centrale stilte De centrale stilte heerst daar
waar geen schepsel kan binnengaan, noch een gedachte
Waar de ziel niet denkt en niet handelt
en zich niet bezighoudt met ideeën
over haarzelf of wat dan ook Kahlil Gibran in ‘Spiegels van de ziel’
Stille diepte Ofschoon we voortdurend
worden overspoeld door
een golf van woorden
is onze diepte
voor immer stilIsaac van Ninivé (Syrische woestijnmonnik, 7e eeuw v.Chr)
Het geschenk van de stilte Heb de stilte lief boven alle dingen: zij zal je een vrucht aandragen, die in woorden onmogelijk beschreven kan worden.
In het begin zijn wij het, die onszelf dwingen te zwijgen.
Maar vervolgens groeit er uit ons zwijgen iets dat ons tot het zwijgen aantrekt. Dat God je het gevoel mag schenken van dat iets dat uit de stilte geboren wordt.